Thuisbatterij wint aan populariteit, maar blijft prijzig na het einde van de salderingsregeling
Steeds meer Nederlandse huishoudens kiezen ervoor om hun zonne-energie op te slaan in een thuisbatterij, zodat ze hun eigen stroom later kunnen gebruiken. Leveranciers en brancheorganisaties merken dat de interesse in deze technologie snel groeit nu het salderen van teruggeleverde stroom op termijn verdwijnt. Toch blijft de aanschafprijs voor veel mensen nog een struikelblok.
Zonnepanelen zijn inmiddels een vertrouwd beeld op Nederlandse daken. Eind 2024 hadden al zo’n drie miljoen huishoudens een installatie. Netbeheerders en energieleveranciers hopen dat thuisbatterijen de volgende stap worden in de energietransitie – ook al blijft de investering aanzienlijk.
Volgens Jeroen Neefs, directeur van Energy Storage NL, zijn er inmiddels naar schatting meer dan 50.000 huishoudens met een thuisbatterij. “In 2024 lag dat aantal nog rond de 40.000,” zegt hij. De groei zet dus stevig door.
Ook grote energiebedrijven zoals Eneco en Vattenfall geven aan dat zij steeds vaker vragen krijgen van klanten die geïnteresseerd zijn in energieopslag. Deze bedrijven werken samen met gespecialiseerde leveranciers die de batterijen thuis installeren. Soms bieden ze financiële voordelen of kortingen aan wanneer de batterij wordt gecombineerd met een energiecontract.
Dankzij slimme software kunnen batterijen automatisch bepalen wanneer het gunstig is om op te laden of juist stroom terug te leveren. Dit gebeurt vooral in combinatie met een dynamisch energiecontract, waarbij de stroomprijs elk uur varieert naargelang vraag en aanbod.
Populariteit door einde salderingsregeling
Een belangrijke reden voor de toenemende populariteit van thuisbatterijen is het naderende einde van de salderingsregeling. Tot nu toe kunnen huishoudens hun zelf opgewekte stroom nog aftrekken van hun verbruik, waardoor ze een hoge vergoeding ontvangen. Vanaf 2027 verandert dat: energieleveranciers zullen nog maar een lage terugleververgoeding betalen, meestal tussen de 5 en 10 cent per kilowattuur.
Daarnaast rekenen de meeste energieleveranciers inmiddels ook terugleverkosten aan, waardoor de opbrengst van zonnepanelen verder daalt. Dat zorgt voor frustratie bij zonnepaneelbezitters, vooral bij wie nog een vast of variabel contract heeft.
Het wordt daardoor aantrekkelijker om de opgewekte energie zelf te gebruiken. Op dit moment verbruikt een gemiddeld huishouden ongeveer 30 procent van de eigen zonnestroom, maar met een thuisbatterij kan dat aandeel flink stijgen.
‘Vooral hogere inkomens investeren in een thuisbatterij’
“Voorlopig zien we dat vooral welvarendere huishoudens een thuisbatterij aanschaffen,” legt Neefs uit. De gemiddelde prijs ligt tussen de 5.000 en 10.000 euro, exclusief installatie- en aanpassingskosten aan de meterkast. Dat maakt de drempel nog hoog voor gezinnen met een gemiddeld inkomen.
Kleinere plug-inbatterijen winnen daarom aan terrein. Deze compacte accu’s kunnen eenvoudig in een stopcontact worden gestoken. Ze slaan minder energie op dan een vaste thuisbatterij, maar zijn met prijzen vanaf ongeveer 1.500 euro een stuk betaalbaarder.
Sommige energieleveranciers bieden ook andere oplossingen, zoals zonneboilers die overtollige zonne-energie gebruiken om water op te warmen. Zo’n boiler houdt het water warm tot ’s avonds, wanneer het wordt gebruikt. De prijs van een zonneboiler ligt doorgaans tussen de 2.500 en 5.000 euro.
Nog geen subsidie voor thuisbatterijen
In Nederland bestaat momenteel geen specifieke subsidie voor thuisbatterijen. Toch verwacht Neefs dat de prijzen in de komende jaren verder zullen dalen: “De kosten van batterijen zijn de afgelopen jaren al meer dan gehalveerd.”
Of huishoudens met een gemiddeld inkomen nog op tijd een betaalbare thuisbatterij kunnen aanschaffen vóórdat de salderingsregeling verdwijnt, blijft voorlopig onzeker.
